Niet makkelijk hoor, om een blogje te schrijven in het hoogseizoen. Het is druk!
We hebben een record aantal kinderen-van-ongeveer-dezelfde-leeftijd in huis, zo leuk!
Gister zag ik dat gedoe allemaal een beetje aan, terwijl ik met twee van hen een mozaiek workshop deed. Er zat een groepje in het kleine zwembadje een fantasiespel te spelen, en er liep een grotere groep rond met waterpistolen die elkaar steeds verrastten met hun vingervlugge nattigheid. Of in het paviljoentje met hun ukelele’s op elkaar schoten.
Kinderen op vakantie
“Het zou leuk zijn om al die kinderen bij elkaar op de foto te zetten”, dacht ik, maar tegelijkertijd wist ik dat dat een een onmogelijke opdracht is.
Achter elkaar aan rennende kinderen moet je niet storen, en kinderen die in een zwembadje emmertjes water in een ander emmertje overgieten terwijl ze daar gezellig bij zitten te pruttelen en te kletsen, moet je al helemáál met rust laten.
De ouders zitten namelijk lekker te lezen
Want al dat grut heeft het prima naar de zin, en ze kunnen geen kwaad. Het maakt wel herrie, maar ’t is goeie herrie. Daar heb je geen last van. Vergelijkbaar met het gekwaak van kikkers. Als je ’s avonds zit te genieten van je rust, hoor je wel 4 triljoen kikkers kwaken, en dat maakt eigenlijk een boel herrie. Maar ’t is goeie herrie. Je hebt er geen last van.
Ook als je ouder-af bent, zoals ik, en je kinderen zijn groot, dan heb je er nog geen last van
Dan weet je nog hoe dat werkt. Harmonieus lawaai is niet erg, dat gaat gewoon langs je heen. Net als die kikkers. Je hoort ook nooit iemand klagen over dat-ie niet kon slapen vanwege dat kikkerlawaai. Zo is het met kleine kinderen ook. Je leest gewoon door hun luidruchtigheid heen, maar zodra het misgaat, en de harmonie verstoord wordt – dan pas wordt het irritant.
De gesprekjes die je kunt hebben zijn ook heel prettig
Twee kinderen in het zwembad vanochtend, toen het nog rustig was. Zij zijn de eersten, want de jongsten. Kleine meid is 3, en heeft al haar speelgoed in het kleine badje gegooid. Dat klinkt impressionant, maar valt wel mee, want je kunt niet al je speelgoed meenemen op vakantie. Er was een zeemeermin bij, met een roze staart. En neongekleurd opduikspul, wat je zeker niet kunt missen op de bodem van het zwembad.
Maar dat was meer bedoeld voor grote broer
“Hee, kijk nou ’s wat ik heb opgevist!?” roep ik verrast, “een zeemeermin! Met een roze staart! Hoe komt die nou hier?” Het blonde meisje gilt van genoegen: “Dat is de mijne, dat is de mijne! Die kan zwemmen hoor!” Grote broer gooit inmiddels zijn neongekleurde speeltjes naar beneden en zegt: “Ik kan die makkelijk opduiken hoor, ik kan van hier naar daar onder water zwemmen.”
“Jee, wat knap”, zeg ik, terwijl ik met mijn net zwarte dingetjes en eucalyptusbladeren opvis uit het water, “ik zou dat niet durven hoor. Er zitten hier hele grote octopussen in het water, heb je dat al gezien?!”
Nu is het zijn beurt om te gillen van plezier: “Die zijn van mozaiek! Daar hoef je toch niet bang voor te zijn!”
Gezellig hoor, zo ’s ochtends vroeg
De meeste gasten liggen nog te slapen, maar sommige kinderen zijn vroege vogels, zoals ik.
Het hoogtepunt is alweer voorbij, want gister zijn een paar families weer verder getrokken of naar huis gegaan. Maar ’t was een heel gezellige tijd met die 20 stuks herriemakers over de vloer.
En er komt weer een nieuwe lading aan!