Jaja, ik weet het – het is voorbij, daar heb je spuit 11 ook nog ’s een keer. Hallo, het is al 6 januari, volgens “Hoe hoort het eigenlijk” mag je vanaf vandaag niemand meer gelukkig nieuwjaar wensen …
… maar op Oudjaarsdag schoot me iets te binnen. Niet alleen dat ik naar de bakker moest, omdat de volgende dag er natuurlijk écht helemaal niets open zou zijn, maar nog wat anders ook.
En dat mag ik toch nog wel even kwijt?
Ik kom uit een hecht gezin, de hoeksteen van de samenleving, nou ja, je mag wel zeggen dat ik onder die hoeksteen vandaan gekropen ben. Al lang geleden hoor. Dat was in de tijd dat er nog niemand ging scheiden, alle kinderen met twee woorden spraken, en er met Oud & Nieuw oliebollen gebakken werden.
Oliebollen en appelflappen – een paar rozijnen in vet deeg met een korstje
Je begrijpt het al: ik ben geen fan. Nooit geweest. Maar daar gaat het niet over.
In die tijd ging Oud & Nieuw over terug kijken … uren, dagen, maanden, jaren … vliegen als een schaduw heen.
.
.
Mijn ouders waren christenen, ook al niet ongebruikelijk in die tijd. Ontkerkelijking stond nog niet in het woordenboek. Nu was het een Goede God waar ze in geloofden, dus dat scheelt weer. Het was niet die wraakzuchtige engerd die je ook wel vaak tegenkomt. Die God, die – omdat-ie zoveel van je houdt – je allerlei beproevingen te verteren geeft, en als je niet uitkijkt, je nog naar de hel stuurt ook, omdat je de juiste beslissingen niet genomen hebt.
Over vrijheid van meningsuiting gesproken!
Ik vermoed dat die God een drieling is, samen met Allah en Jehova. Alledrie nogal een wispelturig temperamentje, en of ze nou een goed karakter hebben … enfin, dit gaat allemaal veel te ver voor een blogje van een vakantiehuisjesverhuurdorpje, dus laten we na al die zijstraten het maar gaan hebben over waar ik het nou echt over wou hebben.
Vroeger – “Froegââ” zeggen mijn nicht en ik dan altijd tegen mekaar – keek je terug naar hoe je was geweest dat jaar, hoe je je gedragen had (nadruk op de slechtheid ervan), hoe het gegaan was (niet zo best), en hoe je jezelf zou kunnen verbeteren. Op basis daarvan nam je je dingen voor. Dat was een serieuze zaak, en de Goede God was daar ook bij betrokken. Die zat met tranen in z’n ogen in de hemel over je wangedrag, maar wachtte goedmoedig tot je tot inzicht zou komen.
Het verschil met froegââ en nu, is dat je nu vooruit kijkt
Wat gaan we veroorzaken in het nieuwe jaar?
Dat hele terugblik-moment is er niet meer. En de Goede God kan wachten tot-ie een ons weegt, want we houden tegenwoordig van onszelf, we vinden dat we het waard zijn, we zijn assertief tot in onze tenen, en we staan niet meer stil bij hoe het was.
Hoe het gaat worden, daar gaat het om.
We nemen ons grootse dingen voor
We vallen .. kilo af (zie je dat er 2 puntjes staan?), we gaan gezonder eten, we gaan sporten (hoort allemaal bij elkaar) en de ondernemers onder ons gaan gerichter, gefocust werken. (Er is nog veel meer hoor, qua goede voornemens, maar ik ben natuurlijk vooral geinteresseerd in het laatste.)
We gaan een omzet halen van ….. komma streepje euro (zie je dat er vijf puntjes staan?)
Ik word er nu al moe van. Tuurlijk wil ik wel een omzet van vijf puntjes komma streepje, maar daar moet je zoveel voor doen! Dat gaat allemaal ten koste van de leuke dingen, zoals praatjes maken met gasten, grote mozaieken op de muren maken en een beetje suf voor je uitstaren bij je eerste ochtendkoffie.
Maar toch kan ik het niet laten. Die goede voornemens bedoel ik. Nieuwe start, nieuwe plannen, nieuwe energie, een nieuw geluid. Het is zo verleidelijk!
‘k Heb zelfs – naar goed ouderwets portugees gebruik – met het slaan van 12 uur 12 rozijnen gegeten! (en da’s niet niks hoor, bij elke slag één, en ik ben nog steeds geen fan!)