Ik zat hier 20 jaar geleden, bovenaan de trap die naar het badhuis leidde. Stom toeval.
Het was rond deze tijd van het jaar, met een heerlijk zonnetje. Dat was ik als nederlandse niet gewend, zon in oktober. Meestal komt dan het Grote Grijs om de hoek kijken, om voorlopig niet meer weg te gaan.
Ik zat te genieten van het uitzicht, van de zon, van de stilte die dik in de lucht hing
Er kwam een tractor voorbij. Twintig jaar geleden ging dat nog van: puf-puf-puf-puf-puf-puf-puf, een gangetje van 20, 30 kilometer. Het was een groene, dat weet ik nog, want ik dacht: “Ja, zie je, tractors moeten groen zijn. Of rood misschien, maar groen is het beste.”
Het was een typisch portugees verlaten huis. Of liever: een verlaten dorpje. Overal gebroken ramen, scheef hangende deuren en een matras ergens in een hoek. Een beetje verstopt. Een zwerver?
Het enige verschil met andere verlaten panden was de afwezigheid van houtwurm (want veel tegels en beton) en het water dat uitbundig door de baden stroomde.
Ik was in die tijd op jacht naar geschikte huizen voor de makelaar
En daar waren er veel van, toen. Heel veel van die prachtige landhuizen, soms met wapen boven de voordeur, stonden leeg. Niet meer te bewonen, (groot)ouders dood, niet meer te onderhouden, en tja: waarom? Meestal waren er veel te veel erfgenamen bij betrokken – in één geval waren dat er zelfs 64! – en die moeten allemaal hun toestemming geven voor verkoop. Zegt er eentje nee, gaat het over. En om die mensen allemaal op te sporen is in de meeste gevallen geen doen.
De Termas was een ander geval
Alle kinderen van Dom Henrique wilden verkopen. Stuk voor stuk waren ze het beu om hun erfgoed naar de donder te zien gaan, en ze wilden ook best graag incasseren. Maar na een paar decenia waren ze ook niet meer zo kieskeurig en wilden ze wel met de prijs naar beneden.
Toen ik daar zat, is er geen moment door me heen gegaan dat ik hier weleens zou komen te wonen. Daar heb ik me later nog weleens over verwonderd. Ik was per slot op jacht naar leegstaande huizen voor de verkoop, en hier stond een heel dorp leeg!
Ik heb gewoon mijn broodje opgegeten, van de ambiance genoten, en ben weer doorgereden.
En nu woon ik hier al 17 jaar, en met veel genoegen
Het was wel een werkje, om alles weer bewoonbaar te krijgen. Het is een mooie geschiedenis – en ik heb er nooit spijt van gehad. In de loop der jaren veranderen er wel dingen natuurlijk, mijn eerste enthousiasme is wel wat gezakt. Maar met dat enthousiasme is het grootste deel van het dorpje verbouwd en verbeterd, en zijn er heel wat mozaieken gemaakt.
Laten we zeggen dat het enthousiasme wat volwassener geworden is, want er zijn nog steeds mooie plannen. Daar gaan we het de komende weken over hebben, de geleidelijke transformatie naar Termas-da-Azenha Spelletjesdorp.