“Dat waren een heleboel kronkelige weggetjes, met prachtige doorkijkjes en vergezichten”, zegt de moeder van Ylva stralend, en Ylva zelf vertaalt: “We waren verdwaald. De gps zei dat we er al waren maar dat was dus niet zo. En ik herkende het niet helemaal meer, pas hier in … hoe zeg je dat ook alweer … Pudrògauwng?”
“Helemaal goed uitgesproken, geweldig”, lach ik terug, “en dit is wel een hele positieve manier om te verdwalen. Er zijn genoeg mensen die daar helemaal chagrijnig van aankomen.”
“Waarom zouden we daar nou chagrijnig van worden?” vraagt Wies oprecht verbaasd, “’t is een prachtig landschap, volop dag, en we weten zeker dat we er wel zullen komen uiteindelijk.”
Ylva is terug. Dit keer als gast, samen met haar moeder. De andere keren was ze er als vrijwilligster, en daar heb ik hele goeie herinneringen aan.
De eerste keer lag ik plat op m’n rug – letterlijk
De vrijwilligersploeg die er toen was, was mijn redding. Ik had een paar maanden voor het hoogseizoen een ischias opgelopen. Waarschijnlijk van het zware kratten tegels tillen, want mozaïek is een leuke kunstvorm hoor, maar het gaat wel gepaard met zwaar werk.
En ik deed altijd: “Eén, twee, drie …. en húp!!” met een ruk die krat van de grond tillen. Dat moet je dus precies niet doen. Sindsdien zeg ik altijd tegen een zwaar ding (een volle gasfles ofzo): “Eh-eh! Ik doe het nooit met een ruk!”, en de tegels verdeel ik dan over 2 dozen bijvoorbeeld.
Als je eenmaal die pijn gevoeld hebt van een beknelde zenuw tussen je ruggenwervels, dan vergeet je dat niet snel meer.
Die ploeg vrijwilligers heeft de zomer gered
Hulde aan Ylva, Roos, Judith, Barthe en Jesse! En zoon Broes natuurlijk, maar die ontwikkelt zich steeds meer als rots in de branding. Judith en Ylva toonden een duidelijke aanleg voor huishoudelijk werk. Dat vinden ze misschien niet leuk om te lezen, want niet stoer, maar ik vind dat er een enorme onderwaardering voor huishoudelijk werk bestaat.
Huishouden is deel van iedereens leven. En hier hebben we een enorm groot huishouden
Kwestie van goed organiseren en plannen. Alles op z’n plek, zodat je blindelings kunt grijpen. Junioren hebben die routine vaak niet, en zien er ook de zin niet van in. Ik zie dat duidelijk wel. ‘k Heb regelmatig het halve dorp afgezocht naar iets dat niet op z’n plek lag, en daar kan ik dan weer behoorlijk chagrijnig van worden.
Dan lukt het me heus niet om er zo stralend onder te blijven als bovengenoemde verdwaalde dames met hun flexibele houding!