Mijn rug heeft het zwaar. Alles wat we op het moment doen, is tillen en bukken, bukken en tillen.
We zijn bezig met een boogschietbaan te maken – ik zie het al helemaal voor me, maar jammer genoeg valt de realiteit niet te photoshoppen.
Kon het maar: even op het stempeltje klikken, en na een minuutje of 5 liggen al die steentjes mooi uitgespreid op de baan
Helaas. Het ergste is: de graafmachine kan er niet op, kan er niet bij. We moeten dus een groot deel handmatig doen. Eh … rugmatig dus.
Vóór de schietbaan komt de jeu-de-boule-baan. De helft in lengte, maar ook weer een boel van die pokkesteentjes. Sorry … dat is mijn rug die spreekt.
De eerste lading kwam met een vrachtwagen van 10 kubieke meter
Enig idee hoeveel dat is? Ik wist het ook niet, maar nu wel! De vrachtwagen kon nét niet door de poort. We hadden gemeten, maar geen rekening gehouden met de spiegelhouders. Die waren nét effen te veel. Jammer dan.
Als zo’n volle truck onderaan het badhuispad staat, kan-ie niet meer terug. Dat wil zeggen: leeg wel, vol niet. Het moest dus ter plekke gestort worden, maar chauffeur Sérgio zou die middag met z’n wondermachine komen om het naar de schietbaan te vervoeren.
Goddank, maar er bleef nog wel een kruiwagentje of 20 liggen. “Não consigo levar isso, tem que fazer manualmente – de rest lukt niet meer, dat moet met de kruiwagen”, zei Sérgio nonchalant, en maakte dat hij wegkwam.
Dat kun je werkgelegenheid noemen. Wat een baan!
Het was niet het eerste en enige buk-en-til-klusje van de afgelopen twee weken. Er is ook nog een hele rand riet gekapt. Kappen is leuk, maar dan moet je die bossen riet, die als een enorm mikado spel door elkaar liggen, naar de brandstapel zien te krijgen. Kampvuur is ook leuk, maar dit zijn hele ongeorganiseerde fikken. Je begint bij de kop (want die brandt het lekkerst) en dan schuif je het door naar de staart.
Altijd al een hekel gehad aan mikado. En aan de term werkgelegenheid trouwens ook
Canas heet dat riet in het portugees, en iedere bewoner van de buitengebieden weet waar dat over gaat. Als je niet uitkijkt, nemen ze samen met de bramen – silvas – je hele tent over. Wij hadden dit stukje een beetje verwaarloosd, en dat was dom.
In een jaar staat het huizenhoog, en beginnen ze welgemoed met de annexatie van het omringende terrein.
De graafmachine kon wel de grond omwoelen, maar er bestaat jammer genoeg geen wortel-uit-de-grond-trek-machine. (Is dat niet iets voor Elon Musk? Stuk nuttiger dan mensen naar Mars verhuizen!)
Ik sta regelmatig met mijn rug naar het nieuw verworven uitzicht
Niet omdat ik ogen in mijn rug heb, of omdat dit zwaar geteisterde lichaamsdeel dan ook ’s kan zien hoe het opknapt, maar omdat het de kant van de zon is. Ik blijf gewoon gebukt staan, en hak alle kleiklonten fijn, grijp een bos wortels in z´n kraag, hak en schudt de aarde eruit, en gooi de rest in de gedecimeerde rietkraag. Met de worteltjes omhoog. Ha! Zie maar dat je het redt!
Je wordt er gewoon barbaars van
Maar we zijn al een heel eind. En het wordt prachtig! Sowieso dat uitzicht, dat is al geweldig. De boogschietbaan heeft een afgeschermde toeschouwersplaats. Zo kun je zien dat je kind een toekomstige Legolas is, of een Robin Hood, of een Wilhelm Tell.
Nu houden we het even bij schieten op het doel. Appels op hoofden is meer voor gevorderden.
Natuurlijk kun je niet zomaar een beetje gaan staan te schieten. Dat kan alleen op afspraak, onder begeleiding, en als je minstens 20 centimeter hoger bent dan de boog.
Wij gaan nog even door. De jeu-de-boule-baan moet nog af. En dan op naar het volgende doel: de minigolf baan.
Er komen een boel banen bij, in de Termas. Goed voor de werkgelegenheid, zou je zeggen!