“Ik vind dat portugees toch zo lekker klinken” zegt Tim vrolijk terwijl ik een paar honden probeer te ontwijken die langs de weg scharrelen, “ik versta er geen moer van, maar het klinkt lekker, en dat geeft me een enorm vakantiegevoel.”
Hij gaat verder: “Ik heb het voor het eerst gehoord van de vriend van mijn tante, die heeft ze in Brazilië ontmoet – haar man was overleden en toen is ze na een tijdje een beetje gaan reizen – en toen is ze die man tegengekomen. Hij sprak geen woord engels en zij ook niet …”
“Maar hoe communiceerden ze dan?” vraag ik verbaasd
“Ach, zo’n beetje met handen en voeten … hij kwam regelmatig logeren, en dan praatten ze zo een beetje langs mekaar heen – maar ze had wel een vriendin die portugees sprak, dus die kon dan zo nu en dan ’s een beetje vertalen … grappig hè?”
We zijn bij de bouwmarkt, ik moet eruit en zaken gaan doen. Tegels regelen. Vóór de lunchpauze. Anders gaat de winkel dicht, en valt er niks meer te regelen voor half drie.
Jammer, want Tim is een gezellige kletser. Dat kon ik me nog wel herinneren, van 12 jaar geleden
Ze waren vrijwilligers, Tim en Jessica. In september, helemaal geen slechte tijd om te vrijwilligen hier in Portugal.
Het was warm, dat weet ik nog wel. ’s Ochtends een beetje op tijd beginnen want anders zijn sommige dingen niet meer te doen. Je kunt in september beter niet in de volle middagzon paaltjes in de grond gaan slaan, bijvoorbeeld. Of onkruid wieden in de moestuin.
“Ik weet nog goed dat ik zo de pest in had, dat ik precies over dat éne steentje struikelde”, lacht Jessica bij het avondeten, “ik ben ook zo’n oen wat dat betreft. Heb je die hele brede trap, en het hele dorpsplein, en dan struikel je over een steentje.”
Haar hele gezicht staat op lachen. De positieve levenshouding straalt ervan af
“En die André … wat is daarmee gebeurd?” vraagt Tim, “dat was wel een verhaal apart!”
Ach ja, zij waren hier samen met André. En Bernadette, de Hongaarse vrijwilligster, altijd bescheiden en glimlachend. Ik weet het nooit precies meer, wie wie nou kent, dat is bijna onmogelijk om te onthouden. Er zijn inmiddels zóveel vrijwilligers langs geweest!
“De jonge Bart” heeft hier bijna anderhalf jaar gezeten, en heeft ooit eens geteld hoeveel vrijwilligers er waren in die tijd. Hij kwam op 127. Ik verbaasde me over dat getal. Wat veel! Ik had helemaal dat gevoel niet.
Met veel van de vrijwilligers heb ik nog steeds contact. Met “de jonge Bart”, met Tim & Jessica, en zo nog wat meer. Je krijgt een band – het is niet alleen voor hen speciaal, voor mij zeker ook.Een aantal gaan bij de familie horen.
Soms gaat het zoals nu: eerst als vrijwilliger hier verblijven, en dan terugkomen als gast. Soms gaat het andersom. En soms raken mensen verslaafd. Of als vrijwilliger, of als gast.
Van mij mag je verslaafd raken hoor!
Sterker nog: we doen alles om dat te bevorderen. Kijk maar uit als je boekt! Voor je het weet, kom je terug om lekker in de tuin te schoffelen of om de muur te verven …
.
Wij zijn in 2000 verhuisd van Rotterdam, Holland naar Termas-da-Azenha, Portugal. Een hele stap, zeker met twee kleine kinderen. We zijn bezig gegaan met het herstel van een van Portugal’s erfgoederen: Termas-da-Azenha, een oud kuuroord met inmiddels 6 vakantiehuizen, 4 gastenkamers, een kampeerterrein en een een heleboel leuke dingen om te doen. Overal vind je mozaieken en muurschilderingen. Het oude badhuis is een museum, waar je je kunt verwonderen over hoe de dingen veranderd zijn.
Elke week een blogje over wat er zo om ons heen gebeurt. Lichte kost, makkelijk te lezen, een paar minuutjes in een andere wereld. Even wat meer weten over hoe het reilt en zeilt in Portugal. Mocht je je vakantie naar Portugal plannen, zou dit een goede voorbereiding kunnen zijn.
We hebben leuke aanbiedingen op onze site.
Je kunt je abonneren op het blog:
[mailerlite_form form_id=2]
Dan krijg je het elk weekend in je bus.
Op zondagochtend publiceren we de link op onze Facebookpagina, op Google+, op Pinterest, en op maandagochtend op LinkedIn.